
Volvo heeft een nieuwe manier gevonden om de veiligheid van zijn auto’s te verbeteren: Door een potje te gamen. Ongelukken die nooit zijn gebeurd, kunnen ze nu virtueel laten gebeuren. Dankzij een geavanceerde AI-techniek genaamd Gaussian splatting kan Volvo realistische, levensechte digitale werelden creëren en daarin verkeerssituaties simuleren.
Virtueel stuntwerk voor ADAS
De basis voor deze virtuele reconstructies wordt gevormd door de sensoren in Volvo’s nieuwste auto’s. Noodstops, scherp stuurwerk en handmatige ingrepen worden verzameld en vervolgens digitaal gereconstrueerd. Dan kan Volvo naar hartenlust experimenteren: extra voetgangers toevoegen, verkeersstromen wijzigen en obstakels strategisch plaatsen. Dat wordt Gaussian splatting genoemd en zo krijgt de rijhulpsoftware (ADAS) van Volvo een spoedcursus in het omgaan met lastige situaties, zonder dat een testrijder het asfalt hoeft te kussen.
Volgens Alwin Bakkenes, hoofd Global Software Engineering bij Volvo, is dit een enorme stap vooruit. “We kunnen nu een zeldzaam incident nemen en daar duizenden varianten van maken. Dit helpt ons niet alleen onze software te verbeteren, maar voorkomt ook dat bestuurders als proefkonijnen fungeren.” Een geruststellende gedachte voor wie liever niet in een ‘edge case’ terechtkomt. Een edge case is een buitengewone situatie waarin een programma moet blijven functioneren. Iets dat voor een mens goed te doen is. Maar gezien de ontelbare veiligheidssensoren van moderne auto’s goed door getest moet worden.

Bron: Volvo Cars
Veiligheid op schaal
Het gebruik van virtuele omgevingen is slechts een deel van Volvo’s bredere strategie om veiligheid te verbeteren. Echte tests op de weg blijven een belangrijk onderdeel van het proces, maar de mogelijkheid om extreme verkeerssituaties massaal en snel na te bootsen, versnelt de softwareontwikkeling aanzienlijk. Wat normaal maanden zou duren, is nu binnen een paar dagen gefikst.
Daarnaast is Volvo betrokken bij een onderzoeksprogramma met Zweedse universiteiten en wordt het project mede ondersteund door Wallenberg AI, Autonomous Systems and Software Program (WASP). Kortom, wie dacht dat Volvo alleen bezig was met het bouwen van degelijke SUV’s, heeft duidelijk niet opgelet.
Als je er over nadenkt is deze digitalisatie een logische stap. Al sinds de jaren 70’ stuurt Volvo ingenieurs op pad die data opvangen na een ongeluk met een van haar auto’s. Toen werd dat team het Safety research-team genoemd. Er werd met meetlinten data verzamelt van bijvoorbeeld remsporen of andere crashindicatoren.

Bron: Volvo Cars
Nvidia onder de motorkap
Deze virtuele experimenten worden mogelijk gemaakt door een intensieve samenwerking met Nvidia. Volvo’s nieuwste generatie elektrische auto’s zit vol sensoren die een schat aan data opleveren. Die data wordt vervolgens verwerkt door een AI-supercomputer, aangedreven door Nvidia DGX-systemen. Dit alles vindt plaats in een van de grootste datacenters in Scandinavië, want als je virtueel auto’s gaat laten botsen, moet je daar wel voldoende digitale opslagruimte voor hebben.
Volvo Cars presenteert zijn AI-gedreven aanpak op de Nvidia GTC-conferentie, waar geïnteresseerden (en sceptici) de technologie in actie kunnen zien.