De Alpine A110 is een autootje wat door iedereen ter wereld ooit bijna door de releasedatum heen werd getrokken. Iedereen moest en zou hem hebben en rijden. Nu is het eindelijk onze beurt en we beginnen meteen goed met de A110R Turini. De allergekste versie met de snelste configuratie en het minste ramen. Als een wesp zoefden wij door het leven en het was goed.

Sterke puntenZwakke punten
+ Rijbeleving– Als je deze auto test voor wat het is, kan je eigenlijk geen minpunten noemen
+ Interieur – Maar als ik dan toch moest:
+ Motor– Het hek openen op mijn werk

Wat is de Alpine A110R Turini?

De Alpine A110R Turini is een bij elkaar geraapte namenrommel die ik even zal uitpluizen. De Alpine A110 is het bekende kleine sportautootje dat via het boetiek-automerk wat door Renault wordt aangestuurd een aantal jaren geleden is uitgebracht. Tegenwoordig is Alpine steeds minder boetiek, overigens. Ze maken nu een eigen versie van de Renault 5 en die loopt goed! Dus, dat is fijn. De R variant van de A110 is scherpen, sneller en ruiger dan zijn andere touringbroertjes. Hij heeft zelfs geen achterruit en alles is carbon, inclusief de stoelen. De Turini is de iets betaalbare versie van de normale R. Deze heeft bijvoorbeeld aluminium velgen in plaats van carbon. Zo kan je toch nog een keertje extra op vakantie.

We hoeven bijna nooit te klagen over de looks van een sportauto, behalve bij de Cyberster dan. In dit geval is het niet anders: de A110R is fantastisch. Het vrolijke uiterlijk van de basis A110 is omgetoverd tot een woedende wesp die elke bocht aanvalt alsof het een peuter met een ijsje is. Overal zijn splitters, spoilers, lipjes en randjes. Overal zitten luchtgaten en de gehele achterruit is vervangen door een carbon plaat. Ook vanbinnen is de A110R fantastisch. De stoelen zijn carbon racestoelen met daarop een beetje schuimrubber voor het ‘comfort’ en de gordels zijn zespunts. Er is alcantara, er is een knullig schermpje en er zijn loops.

Alle Alpines A110 hebben een 1.8 turbo viercilinder. Deze dus ook. Degene in de R is wel wat opgekieteld naar een erg overdreven maar zeer fijne 300pk en 340Nm aan koppel. Via een automaatbak met flippers en verschillende standen wordt die power naar de achterwielen gestuurd. Je kan zeven keer opschakelen en één keer naar achteren. Meer heb je niet nodig. 1 op 15 haal je er net niet mee, maar op zich is dat voor 300pk ook niet gek. Wij zaten, met onze rijstijl die past bij de auto, op zo’n 1 op 10 a 12.

Hoe rijdt de Alpine A110R Turini?

Zoals jullie misschien al verwachten, rijdt de Alpine A110R Turini fantastisch. Het begint bij het starten, wanneer de 1.8 (natuurlijk in sportstand) schreeuwend ontwaakt en lekker hoogtoerig de buren wekt. Als je eenmaal de zestigpuntsgordel om hebt gedaan, is de motor op temperatuur en kan je er vandoor. De bak is soepel en erg snel, ook met een sportieve rijstijl. De vering is strak, maar niet oncomfortabel. We hebben in één dag negen uur gereden en hadden geen centje pijn. Als de bandjes warm zijn en je bent op bekend terrein, zou je, hypothetisch gezien, de A110R echt in bochten kunnen smijten alsof je leven er vanaf hangt. Wat een fantastische rijdersauto.

Kijk, natuurlijk kan je niet meer meenemen dan een broodtrommel vol cherrytomaatjes en is het in- en uitstappen ingewikkelder dan het landen dan Apollo 11 in 1969. Maar, dat maakt allemaal niet uit. De ervaring van het rijden in de Alpine A110R Turini is het allemaal waard. Ik stap in voor mijn deur, maak de buren wakker met het starten, wacht even netjes tot de motor op temperatuur is en dan is het (normaalgesproken) twintig minuten naar mijn werk. U begrijpt dat ik niet zal ingaan op de tijd die het mij in de Alpine gekost heeft, maar wel kan ik u vertellen dat ik wilde dat het langer duurde. Als een enthousiaste puppy stuitert de A110R Neerlandsch wegen af op zoek naar grip. Ik kan u met blijdschap mededelen dat hij die grip telkens vindt. De fantastische motor is klein en is dus enorm snel met toeren komen. De bak is legendarisch.

Alles is dan rozengeur en maneschijn, totdat ik op werk aankom. Nadat ik de Turini diagonaal over de woonwijkdrempels heb gestuurd om de carbon splitter niet te doen lijken op geraspte kaas, moet ik uitstappen om met mijn sleutel het hek van de parkeerplaats op mijn werk te openen. Dit is eenvoudiger gezegd dan gedaan in de R. Eerst moet de zespuntsgordel lost, dan moet je je sleutel uit je tas pakken, want die past niet in je broekzak door die eerder genoemde driepuntsgordel. Overigens, niet gerelateerd, is er geen goede plek om je telefoon op te bergen. Goed. Als de gordel los is, open je de deur. Nadat je jezelf als een soort gestrande walvis op de dorpel hebt gestort, moet je jezelf eruit vouwen en opstaan van bijna grondniveau. Hek open, dan weer terug. Laat jezelf weer vallen in de hoop dat je:

  • niet op de gordel gaat zitten
  • de sleutel niet per ongeluk in je zak hebt gedaan
  • telefoon nog ergens los (waarschijnlijk op de grond) ligt
  • je hoofd niet stoot
  • al hebt nagedacht over je been onder het stuur door steken, anders moet je opnieuw uitstappen

De gordel hoeft dan voor die tien meter niet om, maar je moet er uiteindelijk wel weer uit. We hebben het zwaar, klopt. Maar we hebben het ervoor over.

Racecocon

Men is van mening (en wij delen die mening) dat interieurs licht moeten zijn en luchtigheid moeten uitstralen. Steeds meer interieurs zijn toekomst-achtig licht en bevatten dingen zoals bamboe, gerecyclede materialen en goede bedoelingen. De Alpine A110R Turini besluit al die dingen te negeren en gewoon een krappe, donkere onhandige racecocon te creëren. Dat is, tegen uw verwachtingen in, fantastisch. Geen poespas, alleen zwart alcantara en carbon, lichtgrijze pads op de stoelen. Geen decoratie, geen telefoonvak, geen kleurtjes of randjes of lichtjes en zelfs geen achterruit. Je kan zitten, de auto besturen en muziek aan en uit zetten. Verder kijk je maar. Zo hoort het in een raceauto.

Conclusie rijtest Alpine A110R Turini

De Alpine A110R Turini is de ultieme versie van het Franse sportautootje dat ooit ieders droom was. Waar de gewone A110 speels en charmant is, verandert de R-versie in een woedende wesp vol spoilers, splitters en carbon. De Turini is net iets vriendelijker voor de portemonnee dan de pure R, met aluminium velgen in plaats van carbon, maar blijft een compromisloze rijdersauto.

Onder de motorkap ligt dezelfde 1.8 viercilinder turbo, opgevoerd tot 300 pk en 340 Nm. Dat klinkt misschien niet overdreven in een wereld van hypercars, maar in dit lichte pakketje zorgt het voor razendsnelle acceleraties en een soundtrack die elke buurman wakker maakt. De automaat met flippers schakelt bliksemsnel, de vering is strak maar verrassend comfortabel, en zelfs na negen uur sturen stap je zonder rugklachten uit.

Binnenin is het echte racecocon. Carbon kuipstoelen met een beetje schuim, zespuntsgordels, zwart alcantara en verder eigenlijk helemaal niks. Geen achterruit, geen telefoonvak, geen overbodige decoratie. Je zit laag, vastgesnoerd en volledig gefocust op rijden, precies zoals het hoort.

Praktisch is de A110R Turini niet. Er past nauwelijks meer dan een broodtrommel met cherrytomaatjes in, in- en uitstappen lijkt op yoga voor gevorderden, en bij het openen van een simpel hek op je werk verandert de auto in een logistieke puzzel. Maar dat neem je allemaal voor lief zodra je weer rijdt. De conclusie? De A110R Turini is irrationeel, onhandig en compromisloos – maar dat maakt hem juist zo fantastisch.

De Alpine A110 is verkrijgbaar vanaf 77.990,- euro (in België vanaf 65.200,- euro). De R is verkrijgbaar vanaf 139.790,- euro (in België 122.500,- euro).

Alle foto’s in dit artikel zijn gemaakt door Sem Berger 

Categorieën

0 REACTIES
Reageren

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *